De ontwikkeling van de moeder
Je baby is nu waarschijnlijk al in de juiste positie voor de bevalling gekomen, met het hoofd in het bekken gedrukt en de billen tegen je ribben aan.
De reden voor deze houding is deels te wijten aan het hoofdje, dat het zwaarste lichaamsdeel van de baby is. Doordat het gewicht uit balans is, zorgt het ervoor dat het kind naar beneden draait, met het hoofdje in het bekken.
De rest van het lichaam wikkelt zich rond het merendeel van de peervormige baarmoeder. Het feit dat het kind zich in deze positie bevindt, is ook voor jou het voordeligst omdat de bevalling gemakkelijker gaat als het hoofdje er eerst uitkomt. Minder dan vijf procent van alle kinderen bevindt zich in de tegenovergestelde positie, dat wil zeggen met de billen naar beneden. Dit wordt een stuitligging genoemd. Verloskundigen en artsen kunnen meestal al zien of een baby in de stuitligging zit en kunnen dan proberen om de baby te helpen draaien. Als dit niet lukt, dan bespreken ze de mogelijkheid van een bevalling door middel van een keizersnede.
